Buikspieren

Buikspieren

Sterke buikspieren zijn van wezenlijk belang. Mooie, strakke buikspieren zien er niet alleen goed en sexy uit, ze vormen ook de ‘core’ of het centrum van je lichaam. Buikspieren, of liever gezegd de romp, zijn essentieel voor het overbrengen van krachten van je bovenlichaam naar je onderlichaam of omgekeerd. Je buikspieren zijn niet alleen actief tijdens het sporten, zelfs als je rechtop staat of in een stoel zit zijn je buikspieren actief. De buikspieren en de overige rompspieren zorgen er dan voor dat je bovenlichaam rechtop blijft en hebben een belangrijke stabiliserende functie.

Als we het over buikspieren hebben, kunnen we deze spiergroep niet los zien van je onderrug, de bilspieren en je heupen. Samen vormen deze groep spieren de romp (de core). Strakke buikspieren hebben naast dat ze er goed uitzien dus ook een functionele werking; ze zorgen voor stabiliteit van je romp. Doordat de buikspieren de core van je lichaam vormen zijn ze bij bijna alle bewegingen betrokken. Door zwakke buikspieren beweeg je minder efficiënt, waardoor andere spiergroepen (bijvoorbeeld de rug) de functie van de buikspieren over moeten nemen en daardoor overbelast raken. Als gevolg daarvan kan je last krijgen van een zeurende pijn in je onderrug.

Spoedcursus spierfysiologie 


Er bestaan nogal wat misverstanden over het trainen van buikspieren. Daarom hier nu een korte spoedcursus over spierfysiologie; welke type spiervezels er zijn en hoe je deze het beste kunt trainen.

buikspierenSpieren kunnen worden onderverdeeld in twee categorieën spiervezels. Die onderverdeling wordt gemaakt op basis van de snelheid waarmee de spiervezels samentrekken: snelle spiervezels (fast-twitch muslce fibers) en langzame spiervezels (slow-twitch muscle). De langzame spiervezels hebben een hoge vermoeidheidsresistentie en kunnen hun taak dus lang volhouden, daar staat tegenover dat ze dus langzamer samentrekken en daardoor ook minder vermogen kunnen leveren. Dit komt doordat de langzame spiervezels (ook wel langzame-oxidatieve, of type 1 spiervezels) relatief hoge hoeveelheden mitochondria bevatten en zijn omgeven door meer capillairen (kleine bloedvaatjes rondom de spieren) dan de snelle spiervezels.

Mitochondria zijn de energiefabriekjes in de spiercellen waar aeroob metabolisme (verbranding) plaatsvind. Door het groot aantal capillairen en de hoge mitochondriale inhoud, hebben de langzame spiervezels een relatief hoge vermoeidheidsresistentie waardoor ze efficiënter zijn dan de snelle spiervezels.

De snelle spiervezels, oftewel de Type II spiervezels hebben precies de tegenoverstelde eigenschappen t.o.v de langzame spiervezels. De snelle spiervezels trekken snel samen en kunnen daarom in korte tijd veel vermogen leveren, echter betekend dat ook dat deze spiervezels sneller vermoeid zijn. Hoe korter de (kracht)inspanning hoe meer snelle spiervezels gerekruteerd worden, naarmate de inspanning langer wordt nemen de langzame spiervezels de taak over.

Je buikspieren van binnen


Zonder hier alle buikspieren, en hun eigenschappen op te sommen is het handig om te weten welke buikspieren je hebt, wat voor functie ze hebben en dus hoe je de buikspieren het beste traint.

 

Laten we beginnen met de rechte buikspieren oftewel de rectus (recht) abodominis (buik). De rechte buikspier is een vlakke, ondiepe spier aan de voorzijde van de buikwand. De rechte buikspier loopt verticaal van het schaambeen naar de ribben waar de buikspier aanhecht. Deze rectus abdominis fungeert als buigspier van de wervelkolom, en zorgt daarnaast voor laterale flexie.

In de anatomie duidt onderscheid men buigen en stekken, en gebruikt daarvoor de aanduiding flexie en extensie. Lateraal is een anatomische aanduiding die de positie van een lichaamsdeel aangeeft. Lateraal betekend van het midden ('midline') van het lichaam af, daar waar mediaal (in de anatomie het tegenovergestelde van lateraal) naar het midden van het lichaam toe aangeeft.

De rectus abdominis is bij de meeste mensen wel bekend, en het zal je ook niet verassen dat je naast je rechte buikspieren ook schuine buikspieren hebt. We hebben twee soorten schuine buikspieren, te kennen de externe buikspieren (external obliques) en de interne buikspieren (internal obliques). De schuine buikspieren zorgen voor rotatie, laterale flexie  (zowel naar links als naar rechts) en voor voorwaartse flexie (vooroverbuigen).

 

De externe - en interne schuine buikspieren werken samen om de romp te roteren. Bij rotatie van de romp naar rechts zijn gelijktijdig de rechte interne buikspieren en de linker externebuikspieren betrokken. Andersom geldt dat voor rotatie naar links, de linkser interne buikspieren worden aangespannen en de rechte externe buikspieren. De externe schuine buikspier is de schuine buikspier die het meest aan de oppervlakte ligt. De spiervezels van de external oblique lopen mediaal (naar het middenlijn van het lichaam toe) en naar beneden.

 

De interne schuine buikspier is gelegen onder de externe schuine buikspier. Het verloop van deze spiervezels is tegenovergesteld aan die van de externe schuine buikspieren, namelijk omhoog en mediaal.

 

Naast de rechte en de twee schuine buikspieren transverse abdominis, deze buikspier is een zogenaamde 'diepe' buikspier. Daar waar de rechte en de schuine buikspieren, oppervlakkige buikspieren zijn.

De transverse abdominis drukt de buikholte samen en stabiliseert daarmee de lumbale wervelkolom (je onderrug) en de bekkenregio. De transverse abdominis is daarnaast betrokken bij het diep uitademen, en helpt bij de stabilisatie van het SI-gewricht.
Reactie plaatsen